Personeelssubsidies 101: Subsidie praktijkleren

Voor heel wat organisaties is personeel de allergrootste kostenpost. Maar gelukkig zijn er ook heel wat mogelijkheden om op deze kosten te besparen! In onze serie ‘Personeelssubsidies 101’ nemen we je mee in een aantal interessante subsidies en tegemoetkomingen die jou kunnen helpen te besparen. In het eerste artikel gingen we in op de subsidie voor speur- en ontwikkelingswerk, in dit artikel gaan we in op scholingssubsidies – en in het bijzonder de subsidie praktijkleren.

Wat zijn scholingssubsidies?

Scholingssubsidies maken het voor werkgevers én werknemers aantrekkelijker om werken en leren te combineren. Werkgevers kunnen bijvoorbeeld de opleiding van werknemers of betalen betaald verlof geven voor studiedagen. Voor sommige opleidingen zijn Cao-afspraken gemaakt met Opleidings- en Ontwikkelingsfondsen. Deze fondsen vergoeden dan vaak een deel van de kosten. Op de website van Opleiding en Beroep vind je meer informatie over deze fondsen. 

Ook als er geen Cao-afspraken zijn, is het mogelijk om subsidie te ontvangen voor de opleiding van werknemers. De scholingsplicht van werkgevers is expliciet opgenomen in de Wet werk een zekerheid, wat betekent dat jij als organisatie  verantwoordelijk bent voor de kosten van de scholing. Als je een scholier of student een praktijk- of weerkleerplaats aanbiedt, kun je gebruik maken van de subsidieregeling praktijkleren. 

Wanneer kom je in aanmerking voor de subsidie praktijkleren? 

Om de subsidie aan te kunnen vragen, moet je een erkend leerbedrijf zijn. Daarnaast moet je verschillende bewijsstukken bewaren, om aan te kunnen tonen dat de student begeleiding heeft  ontvangen. Ook is het verplicht om bij te houden wanneer de student aan- of afwezig was. 

De subsidieregeling praktijkleren kent verschillende doelgroepen. Zo is deze scholingssubsidie beschikbaar voor leerlingen of studenten van een opleiding in sectoren waar een personeelstekort is of dreigt te ontstaan. De subsidieregeling is er ook voor kwetsbare groepen op de arbeidsmarkt, die kampen met veel jeugdwerkloosheid. Ook kun je gebruik maken van de scholingssubsidie als het gaat om scholing van wetenschappelijk personeel, waar de Nederlandse (kennis)economie veel behoefte aan heeft.

Wat levert de subsidie je op? 

Het ministerie van Onderwijs, Cultuur en wetenschap stelt jaarlijks €205 miljoen beschikbaar voor de subsidieregeling praktijkleren. Per gerealiseerde praktijk- of werkleerplaats kun je een bedrag tot €2700 krijgen. Met dit bedrag kun je leerlingen met een leer-werktraject in het vmbo, mbo-studenten met een bbl-traject, studenten met een duale of deeltijd hbo-opleiding en promovendi/technologisch ontwerpers in opleiding begeleiden en ondersteunen.

Hoe werkt een aanvraag? 

Je vraagt de subsidieregeling praktijkleren aan via de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). Je vraagt de subsidie aan het eind van een school- of studiejaar aan (dit kan vaak van juni t/m september). Je kunt immers alleen achteraf vaststellen in welke mate je de leerling of  student daadwerkelijk hebt begeleid! Zorg dat je jouw administratie goed op orde hebt voordat je de aanvraag doet. De RVO berekent jouw definitieve subsidiebedrag uiteindelijk op basis van het beschikbare budget en het aantal goedgekeurde aanvragen per onderwijscategorie. 

Hulp nodig? 

Wil je meer weten over de subsidieregeling praktijkleren, scholingssubsidies of over hoe je een kloppende administratie bijhoudt om aan het eind van het schooljaar een aanvraag in te dienen? De cijferhelden van MenL staan voor je klaar! Neem vooral contact met ons op als we je kunnen helpen.

Verder lezen?

Jaarverantwoordingsplicht voor zorgaanbieders: hoe zit het?

Veel zorgaanbieders krijgen vanaf 2023 te maken met de jaarverantwoordingsplicht. Een flinke mond vol - en misschien ook best een ingewikkeld iets. Vanaf boekjaar 2022 zijn de Wet toetreding zorgaanbieders (Wtza) en de aanpassingswet Wtza (AWtza) van kracht. Hierdoor vallen tegenwoordig veel meer zorgaanbieders onder de meld- en vergunningsplicht, het interne toezicht en ook de jaarverantwoordingsplicht. Dit laatste komt vooral door de AWtza. Maar hoe zit het daar precies mee? MenL legt het uit!

Zzp’er of werknemer: zo zit het met schijnzelfstandigheid

De laatste tijd is er veel te doen over schijnzelfstandigheid. Kijk maar eens naar de uitspraak van de Hoge Raad over Deliveroo, dat zijn bezorgers vroeg om als zzp’er te werken. Onterecht, zo blijkt nu nadat vakbond FNV de bezorgdienst voor de rechter sleepte - en de Hoge Raad uitspraak deed over de zaak. Maar hoe zit het precies met schijnzelfstandigheid, wanneer is een werknemer een werknemer en wanneer mag iemand als zzp’er voor je aan de slag? En, ook niet geheel onbelangrijk: welke regels komen eraan op het gebied van werken als zzp’er? MenL legt het uit!